De kinderen begonnen met het vullen van een kruidenpotje met olie en bloemblaadjes van de goudsbloem. Sommigen wisten nog dat we dat een “maceraat” noemen: Knap!!
Die olie gaan we in een latere les zeven, om er met bijenwas een “labello” van te maken. Goudsbloem helpt heel goed tegen schrale lippen. Voorlopig staan de potjes in de klas, met een babysokje er overheen.

Toen hebben we in een bakje de letters van hun voornaam gezaaid. Met tuinkers. De bakjes staan in de vensterbank op school en moeten wel water krijgen natuurlijk. Maar niet te veel!!!!
Als het allemaal mooi is opgekomen, gaan we het oogsten en in de les lekker opeten. Met stokbrood en tomaatjes en kaas. Misschien wel met de kaas die we zelf gaan maken in één van de volgende lessen.

We kregen van een onbekende gulle gever een hele tas vol met de bekende “moestuinpotjes”. Dus we hebben alvast voorgezaaid. We proberen komkommer, sla, radijs, rucola, doperwtjes en bietjes. Als de plantjes opkomen gaan we ze verpotten en dan later in de moestuinbakken buiten zetten. In één van de volgende lessen gaan we dan weer andere dingen voorzaaien. Want voor de meeste plantjes is het daarvoor nu nog te vroeg.

En tenslotte hebben de kinderen in hun natuurboek gewerkt. Het recept van de waxinelichtjes, die ze de vorige les hebben gemaakt, is in het werkboek geplakt.
En de kleurplaat van de vaas met goudsbloemen, die ze deze les ook nog hebben gemaakt, zit er in.

Iedereen was heel druk bezig aan de tafels, maar tussendoor hebben we natuurlijk ook nog even pauze gehouden om lekker te rennen. Want dat hoort er ook bij.